Ze zijn de toekomst van de zorg, maar hoe zien ze die zelf voor zich? Maak kennis met AIOS’en en hun kijk op de toekomst en het artsenvak. Deze keer spreken we Ianthe de Jong.
De bevlogenheid van Ianthe is grenzeloos. Ze droomt van werken bij een internationale organisatie en wil zich hard maken voor de gezondheid van grote groepen. Haar eigen grenzen bewaakt ze wel graag. Want na een hectische tijd in de verloskunde, besloot ze na wikken en wegen toch te gaan specialiseren in infectieziektebestrijding. Wat haar betreft schijnt er op preventie in de zorg nog te weinig licht, in vergelijking met genezing.
Je hebt de bachelor Biomedische Wetenschappen gedaan. Waarom koos je die?
“Dat was niet mijn eerste keuze. Ik dacht altijd al: ik wil arts worden. Dus in eerste instantie wilde ik me inschrijven voor geneeskunde. Maar ik deed mijn middelbare school in Abu Dhabi, waar we heen verhuisden voor het werk van mijn ouders. Hier volgde ik twee science vakken en voldeed daardoor niet aan de eisen voor die opleiding. Voor Biomedische Wetenschappen was dat ook het geval, maar in Maastricht maakten ze een uitzondering omdat ze bekend waren met mijn diploma. Toen heb ik besloten om daar gewoon voor te gaan, met de gedachte dat ik eventueel nog kon overstappen. Biologie was tenslotte altijd mijn favoriete schoolvak.”
Heeft het toch goed uitgepakt?
“Zeker, ik vond het eerste jaar zo leuk dat ik heb doorgezet. Bij Biomedische Wetenschappen krijg je net een andere kijk op gezondheid. Je gaat dieper in op de moleculaire celbiologie. Dat bleek een goede match voor mij. Ik kan het beste dingen onthouden als ik weet hoe het werkt tot in de kleinste details.”
En wat werd je volgende stap?
“Ik ben de SUMMA opleiding in Utrecht gaan doen, een dubbele master van 4 jaar tot arts én klinisch onderzoeker. In die tijd kwam ik er steeds meer achter waar mijn passies liggen. Infectieziekten intrigeerden me altijd, maar ook de moeder-kindzorg. Dat zijn mijn twee liefdes. Die hebben trouwens meer overlap dan je denkt. Wist je dat er veel infectieziekten zijn die van moeder op kind kunnen worden overgedragen? Ik deed tijdens mijn master onderzoek naar malaria in de zwangerschap.”
Hoe komt het dat infectieziekten en verloskunde jou zo boeien?“Ik vind het super interessant hoe organismen die je met het blote oog niet ziet, een véél groter organisme zo ziek kunnen maken. Infectieziekten houden zich ook niet aan landsgrenzen. Internationale samenwerkingen zijn daardoor van belang en dat spreekt me aan, onder andere omdat ik als kind op allerlei plekken heb gewoond. Binnen de verloskunde daarentegen werk je toe naar een mooi moment van een nieuw leven. Dat is prachtig. Toch begon de twijfel tijdens mijn co-schappen al of mijn toekomst wel in het ziekenhuis zou liggen. Na een aantal jaar klinische ervaring opdoen en lang overwegen, heb ik dit jaar de knoop doorgehakt dat dat niet zo is.”
“Het was een moeilijke beslissing, ga ik echt die witte jas ophangen?”
Waarom bleek het ziekenhuis niet dé plek voor jou?
“Het begon aan me te knagen dat ik niet al mijn ambities kwijt kon, zowel professioneel als privé. Ik miste de kijk op het grotere plaatje: de gezondheid van groepen bevorderen met preventie. Zowel op Curaçao als in Maastricht heb ik ervaren hoe het er in de verloskamers aan toe gaat. Inhoudelijk vond ik het ontzettend leuk, maar het is een vak met een enorme werkdruk. Dagen van van 8:00 tot 19:00 waren voor mij geen uitzondering. Ik schreef me vaak in voor de laatste yogales in de sportschool, maar miste die net zo vaak. Doe je het met het doel hier je toekomst van te maken, dan heb je het ervoor over. Wanneer je merkt dat je ambitie ergens anders ligt, dan begint alles zwaarder te wegen.”
“Ik controleerde de vochtbalans van patiënten, maar vergat soms die van mezelf.”
Hoort de werkdruk erbij op de afdeling verloskunde?
“Als je dat vak kiest, kies je bewust voor een baan met onregelmatige tijden. Je neemt niet halverwege een bevalling de benen, dus ook overwerken hoort er soms bij. Maar ik denk dat er binnen ziekenhuizen wel winst te behalen is in hoe die tijd wordt verdeeld. Naast het artsenwerk had ik ook bergen aan administratie die ik dan vaak na mijn dienst nog moest wegwerken. Ook een vaste pauze had ik meestal niet. In mijn zorg voor anderen verloor ik soms de zorg voor mezelf.”
Wat is wel helemaal jouw ding?
Ik wil me richten op het voorkomen van ziektes, in plaats van alleen het genezen. Dus ook bijvoorbeeld kijken naar een gezonde leefstijl, de omgeving en de maatschappij. Via Arts & Specialist heb ik een aantal maanden als arts op de crisisnoodopvang voor vluchtelingen en asielzoekers gewerkt, voordat ik afgelopen september aan mijn specialisatie tot arts infectieziektebestrijding begon. Dit was een interessante baan, zeker ook met het oog op infectieziekten. Door het dicht op elkaar leven kunnen sommige ziektes zich bijvoorbeeld makkelijk verspreiden. Sinds de start van mijn opleiding voel ik me helemaal op mijn plek. Afgelopen week was ik nog op een internationaal congres in Barcelona over toegepaste infectieziekte epidemiologie, genaamd ESCAIDE. Daar wist ik het zeker: dit is het voor mij.
Denk je dat de nieuwe generatie artsen teveel aan zichzelf denkt?
“Een andere tijdgeest is er zeker. Maar de generatie van nu is net zo geschikt om een goede arts te zijn. Het is naar mijn idee te kort door de bocht om te zeggen: “De generatie van nu wil alleen maar parttime werken”. Voor sommige mensen kan dat een enorme uitkomst zijn, om andere ambities ook waar te maken. Tegelijk kan het helpen om het werk langer te kunnen volhouden, want we hebben te maken met een systeem dat op het gebied van werk-privébalans in 50 jaar nog weinig veranderd lijkt. Daarnaast wordt er van jonge artsen meer verwacht dan ooit. Om een opleidingsplek te bemachtigen, val je allang niet meer op als je alleen heel goed bent in je vak. Er wordt vaak verwacht dat je een PhD hebt, een commissietaak of op z’n minst nog uitblinkt in nog een andere pilaar. Dat is pittig.”
Wat wil je dat er in de toekomst van de zorg verandert?
“Ik vind het moeilijk om te zien dat jonge gemotiveerde artsen soms niet meer kiezen voor een plek in het ziekenhuis, puur vanwege het systeem. Ik had in het ziekenhuis een contract van 46 uur en werkte gemiddeld zo’n 10 uur over. Dat gaat je opbreken. Het zou mooi zijn als er in de toekomst meer wordt gekeken naar duurzame inzetbaarheid binnen ziekenhuizen. Verder vind ik dat er binnen de opleiding geneeskunde meer aandacht moet worden besteed aan preventie. Als de nadruk meer op de voorkant wordt gelegd, dan haal je aan de achterkant - dus bij de ziekenhuizen - druk weg. Daar voel ik veel passie voor.”
En over 5 jaar, in welke richting heb je je dan ontwikkelt of welke kant zou je op willen?
“Dan houd ik me bezig met preventie en gezondheid op populatieniveau, gericht op de bestrijding van infectieziekten. Ik zit nu in Nederland heel goed op mijn plek om technische kennis op te doen, maar op den duur zou ik heel graag voor een internationale organisatie werken. Voor een baan in een ander land sta ik ook zeker open. We gaan het zien.”
Lees ook eens: Interview - David Tanis
Benieuwd wat Arts & Specialist voor jou kan betekenen? Ga dan naar open sollicitatie en schrijf je vrijblijvend in. Wij nemen contact met je op om de mogelijkheden te bespreken. Of stuur ons een mail: info@artsenspecialist.nl